
Een aperitiefhapje of fingerfood kan ook vloeibaar zijn. Bijvoorbeeld in de vorm van een eenvoudig rode bieten soepje als aperitiefhapje. Eenvoudig klaar te maken en bovendien nog gezond ook! En het laat nog voldoende plaats in je maag om ook nog ten volle te kunnen genieten van de hoofdmaaltijd.

Rode bieten soepje als aperitiefhapje
Ingrediënten
- 1 liter groentebouillon
- 250 ml kookroom
- 300 gram rode biet
- 50 gram zetmeel
- 70 ml koud water
- zout
Instructies
- Breng de groentebouillon met de room aan de kook.
- Meng het zetmeel met het koude water. Voeg die dan aan de groentebouillon toe.
- Schil ondertussen de rode biet en snij die in kleine blokjes.
- Voeg de stukjes rode biet aan de bouillon toe. Laat het soepje gedurende 10 minuten inkoken, tot de rode biet gaar is.
- Pureer nu het soepje met de staafmixer en dien op in aperitiefglaasjes of -kopjes.
Bereiding van een rode bieten soepje als aperitiefhapje
Dit rode bieten soepje als aperitiefhapje is heel eenvoudig om te maken. Bovendien kan je het ook al op voorhand voorbereiden. Je moet het dan enkel nog opwarmen en even opschuimen voor je het opdient.
We beginnen met het opkoken van de bouillon en de room. Let hierbij op dat het geheel niet gaat overkoken.
Ondertussen mengen we het zetmeel met het koude water. We doen dit apart om klontering te vermijden eens we die aan de bouillon toevoegen.
We schillen ook de rode biet en snijden die dan in kleine stukjes die snel garen. Achteraf halen we alles nog door de staafmixer om het soepje te pureren. Rode biet bevat erg veel kleurstof. Pas dus goed op voor ongewilde rode vlekken op je kleren. Reinig ook onmiddellijk je mes en snijplank, zodat de rode kleurstof zich niet vastzet.
Eens de bouillon kookt kunnen we er zowel het zetmeel als de stukjes rode biet aan toevoegen. Nu mag het soepje op een laag vuurtje gedurende een tiental minuutjes sudderen. Je zal merken dat de biet al meteen zijn kleurstof aan de soep begint af te geven.
Na een tiental minuutjes zal de rode biet gaar zijn en kunnen we het soepje pureren met de staafmixer. Bij het mixen zal ook de nodige schuim ontstaan waarmee we de soep dan kunnen afwerken.
Indien je de soep op voorhand maakt, moet je ze enkel nog opwarmen en even opschuimen voor je ze opdient.
Serveer het rode bieten soepje dan in kleine tasjes of aperitiefglaasjes. Vermits het warm is, is het aan te bevelen om glazen met een voet of een oor te gebruiken. Zodat je ze kan vasthouden zonder je vingers te verbranden.
Wat is rode biet?
De rode biet is een broertje van de welbekende suikerbiet. Ze behoren beide tot hetzelfde bietengeslacht (beta vulgaris). De plant zelf wordt tot 80cm hoog, maar het zijn natuurlijk de knollen die we als rode biet kennen.
Je kan de rode biet ook omschrijven als het gezonde broertje van de suikerbiet. Ze bevatten namelijk erg weinig calorieën en vetstoffen, maar des te meer gezonde mineralen. De rode kleur ontstaat door natuurlijke antioxidanten. In plaats van supplementen te slikken kan je dus beter regelmatig rode biet op je menu zetten.
Ook onder sporters heeft rode biet een zeer goede reputatie. Het zou de bloedvaten verwijden. Daardoor kan er meer bloed, en dus ook zuurstof, naar de spieren getransporteerd worden. En dat bevordert dus het uithoudingsvermogen.
Rode biet is ook een van de basisingredienten voor Borsjt, de beroemde Oost-Europese rode bieten soep. Die wordt meestal als maaltijdsoep geserveerd.
Meer info over rode biet en hoe gezond het is vind je in de onderstaande artikels:
- Rode biet (Wikipedia).
- Hoe gezond zijn bietjes? (Goed eten en gezond leven)
- Rode biet (Puur gezond).
- Is rode bietensap gezond? (Voedingscentrum).
- Dit zijn de vele gezondheidsvoordelen van rode biet (Margriet).
Meer verrassend.biet
Nu je weet dat het zo gezond is wil je zeker meer rode biet eten. Maar je kan niet altijd een rode bieten soepje als aperitiefhapje maken. Dus hier heb je nog enkele lekkere ideeën:
De Engelstalige versie van alle recepten op gerechtenweb vind je op surprising.recipes.



0 reacties op “Rode bieten soepje als aperitiefhapje”Voeg die van jou toe →